Hoe krijg je een tuin vol vogels?
De lente is officieel nog niet begonnen, maar daar trekken vogels zich niets van aan. Voor veel vogels is het broedseizoen nu al begonnen. Wil jij de vogels in je tuin helpen? Lees hier hoe boswachter Mathiska het haar tuinvogels naar de zin maakt. En wat je op dit moment nog meer kan doen om een tuin vol leven te krijgen.
1.Vergeet de voorjaarsschoonmaak in je tuin!
Een strak gemaaide tuin met keurige borders en schuttingen, dat is niks voor boswachter Mathiska van natuurgebied De Wieden. En toevallig ook niet voor veel planten en dieren. Want waar kunnen ze in zo’n tuin schuilen en waar vindt een vogel een plek om een nest te bouwen? Geen grote voorjaarsschoonmaak dus in haar tuin. Door de storm zijn er heel wat takken op de grond gevallen. Dat is mooi materiaal om een schuilplekje van te maken. Je hoeft eigenlijk niets te kopen. Met wat er ligt maak je een hoopje van takken en bladeren. Egels kruipen trouwens ook graag weg in zo’n rommelhoekje, net als insecten en ander klein grut. Je kunt ook takjes losjes bij elkaar binden en onder een afdakje hangen. Een mooie broedplek voor een winterkoninkje.
2. Kraammand in de boom
Om het vogels gemakkelijk te maken hang je nestmateriaal op; bundeltjes van stro, hooi en wol. Ze zullen er dankbaar gebruik van maken en eruit pikken wat van hun gading is.
3. Hang nu een vogelhuisje op
Om de vogels een handje te helpen, kun je ook een nestkast ophangen. En laat dit nu net het goede moment zijn om een nestkast op te hangen. In het vogelhuispakket staat beschreven hoe je zo'n onderdak zelf maakt.
4. Zorg voor een veilige aanvliegroute
Vogels houden van overzicht. Als je een nestkastje ophangt, zorg dan ook voor een veilige aanvliegroute. Een kastje aan een kale schutting gaat waarschijnlijk niet werken. Een vogel strijkt graag eerst op een veilige plek neer, kijkt even goed om zich heen en vliegt daarna pas door naar het nest. Laat daarom een klimop of klimhortensia over je schutting groeien. Daar kunnen vogels zich mooi in verstoppen voor een sperwer. Later in het seizoen levert de klimop nectar voor insecten.
Nu zijn buren niet altijd even blij met klimop. Het kan ook anders. Maak van een paar grote takken een soort wigwam en laat er wat overheen groeien. Bijvoorbeeld een clematis of plant wat peulen die je nog in de voorraadkast hebt liggen (eerst even een paar dagen wellen, daarna kunnen ze de grond in).
5. Bescherm het nestkastje
Vergeet niet om gaas om het nestkastje te wikkelen. Zo voorkom je dat poezen of andere ongewenste bezoekers bij het huisje kunnen komen.
Wat kun je nu nog meer doen in je tuin?
Dit is ook een goede tijd om planten te ‘vermeerderen’. Dat doe je door ze te scheuren. Klinkt nogal heftig, maar het valt mee. Deel een grote pol in stukken en zet de buitenste delen op een nieuwe plek in je tuin. Dat gaat heel goed met bijvoorbeeld vrouwenmantel, geraniums, herfstaster en wederik. Soorten waar - als ze later in het jaar bloeien - allerlei insecten op afkomen. Zo heb je - zonder bezoek aan het tuincentrum - gratis nieuwe planten.
Meer over tuinvogels
Vraag het gratis vogelhuispakket aan en ontvang Mathiska's tips en bouwtekening in je mailbox