Ga direct naar inhoud
Nieuws

Naar een gevarieerder bos in de Loonse en Drunense Duinen

11 juli 2023 | Irma de Potter

Vanaf eind juli start Natuurmonumenten met boswerkzaamheden in de noordoostelijke bosgebieden Maaijen, Helvoirtsche Heide en Spechtbos. De bossen maken onderdeel uit van de Loonse en Drunense Duinen en liggen tussen het Drongelenskanaal en de Giersbergsebaan. Doel is om de ontwikkeling tot een gevarieerder bos te stimuleren, zodat het voor nog meer dieren en planten een geschikt leefgebied wordt.

bont zandoogje

Een aangeplant bos

De huidige bossen stammen uit een tijd dat de woeste stuifzandheides van de Loonse en Drunense Duinen ontgonnen werden voor de bosbouw. Tot die tijd stonden verspreid in het stuifzand zomereiken, die door mensen uit de omgeving voor geriefhout werden gebruikt. Rond 1870 zie je de eerste bossen op kaart verschijnen. Er werden vanaf die tijd op grote schaal naaldbossen aangeplant en vanwege bepaalde eigenschappen werden ook bomen uit Noord-Amerika gehaald. De Amerikaanse eik en Amerikaanse vogelkers zijn hier voorbeelden van. Je komt ze tegenwoordig overal in de duinen tegen. “Prachtige bomen om te zien ”, zegt boswachter Jan Verhagen van Natuurmonumenten, “maar met de kennis van nu, was het voor het bos een onverstandige keuze.”

Amerikaanse soorten bedreigen het bos

Deze uitheemse soorten bleken het te goed te doen, met een overheersende groei tot gevolg. “Daar is onze natuur niet tegen opgewassen”, vervolgt Verhagen. “Het bladerdek van deze Amerikaanse soorten is zo dicht dat het te donker wordt op de bosbodem. Natuurlijke verjonging van soorten die wij wel graag in het bos zien, komt dan nog nauwelijks op gang. De beschermde zomereik heeft het extra moeilijk, omdat een Amerikaanse eik vijf maal sneller groeit dan de zomereik. Deze worden letterlijk verdrongen door de Amerikaanse snelgroeiers”.  Na meer dan 30 jaar natuurlijk bosbeheer is er al veel gewonnen, maar de soortensamenstelling, structuur en leeftijdsopbouw van het bos is nog steeds niet gevarieerd genoeg en het aandeel van uitheemse soorten is groot. Tijd dus voor meer maatregelen!

lijsterbes met kramsvogel

De bessen van de lijsterbes geven voedsel aan veel vogels. Deze kramsvogel smult er goed van.

Bosmaatregelenplan

Een productiebos omvormen tot een echt natuurbos is dan ook niet een kwestie van ingrijpen en klaar! Jan Verhagen, die de omvorming van de bossen al heel lang coördineert, legt uit hoe de maatregelen over een lange periode worden uitgerold. “Er wordt steeds op een klein oppervlak gewerkt. In de Loonse en Drunense Duinen is het 1800 hectare grootte bosgebied verdeeld in 10 vakken en ieder jaar wordt er in één zo’n vak gewerkt. In dat vak mogen maar op maximaal 10% (18 ha.) maatregelen worden uitgevoerd. Dat is dus maar op 1% van het hele bosareaal in de duinen. Pas na 10 jaar komen we in zo een vak terug en wordt er opnieuw gekeken met welke maatregelen we het bos kunnen helpen”, aldus Verhagen. Einddoel is een gemengd bos met naald- en loofbomen en veel begroeiing onder de bomen van struiken en bosplanten. Ook moet er meer dood hout in het bos komen en voldoende zonnige plekjes. Bosvlinders en andere insecten en dus ook vogels en kleine zoogdieren krijgen er zo extra voedsel bij.

Ruimte voor de zomereik

Inlandse eiken, zoals de zomereik, zijn waardevolle bomen voor het bos. Op en rond één zomereik leven al snel 450 verschillende soorten insecten en die trekken ook weer andere dieren aan. Bij een Amerikaanse eik stopt de teller bij ongeveer 17 insectensoorten. Voor je diversiteit aan soorten in het bos zijn die zomereiken dus van levensbelang. “Daarom zetten wij in om die eiken zoveel mogelijk ruimte voor groei te geven”, licht de boswachter toe. “Amerikaanse eiken en grove dennen torenen nu vaak hoog boven de zomereiken uit, waardoor ze nog weinig licht en ruimte hebben en langzaam wegkwijnen. In de bosgebieden Maaijen en Helvoirtsche Heide gaan we veel van die zomereiken rondom weer ruimte geven door Amerikaanse eiken en grove dennen te kappen. Eenmaal uit die verstikkende wurgconstructie bevrijd, zullen de eiken snel in omvang toenemen”.

zomereik

Deze zomereik krijgt na kap van grove dennen weer rondom licht en kan uitgroeien tot een woudreus van de toekomst.

Meer licht in het bos

“In het Spechtbos gaan we oude houtwallen met zomereiken weer rondom ruimte geven, maar het meeste werk bestaat hier uit groepenkap en groepsdunningen”, legt Verhagen in boswachterstaal uit. “Het komt hierop neer dat er op ongeveer twintig plekken cirkels bos worden gekapt of worden uitgedund, waarbij de inlandse eiken natuurlijk altijd gespaard blijven. Zo ontstaat er veel afwisseling van zonnige en schaduwrijke plekken en dus meer variatie in vochtigheid en temperatuur. Hier gaan allerlei planten en paddenstoelen weer van profiteren”.

Dood hout doet leven

Voor een gezond bos is het belangrijk dat er voldoende dood hout aanwezig is. Zwammen, insecten en micro-organismen leven hiervan. Het rottende hout geeft voedingsstoffen af en draagt zo bij aan een gezonde bodem. Takken van boomkronen blijven daarom in het bos achter en omgeduwde en geringde bomen zorgen voor voldoende dik dood hout. De geringde bomen sterven heel langzaam af en trakteren nog lange tijd veel dieren en zwammen op voedsel en nestholtes. De wortels van Amerikaanse eiken worden uitgegraven, om het uitlopen van de bomen tegen te gaan. Deze  ‘stobben’ blijven ook als dood hout in het bos achter. Om de veiligheid van de bezoekers te garanderen worden alleen bomen die ver genoeg van het pad af staan, geringd.

Alle werkzaamheden zijn voor het eind van het jaar afgerond.

Dood hout met varens

Er zal veel hout achter blijven in het bos. Maar varens, paddenstoelen, insecten en andere dieren profiteren daar van.

Irma de Potter
Irma de Potter