Marker Wadden belangrijke schakel in natuur Nationaal Park Nieuw Land
Wetenschappers tonen de enorme ecologische waarde van Marker Wadden aan en laten zien hoe het nieuwe natuurgebied in verbinding staat met andere natuur in Nationaal Park Nieuw Land. Marker Wadden, de nieuwe eilandengroep in het Markermeer, levert een explosie van leven op en trekt grote aantallen vogels aan. De combinatie van goede, veilige broedplekken, rust en voldoende voedsel in de buurt is essentieel. Dit blijkt uit drie jaar veldonderzoek, uitgevoerd in opdracht van Natuurmonumenten.
De variatie van land, moeras, diep en ondiep water maakt Marker Wadden aantrekkelijk voor veel verschillende soorten vogels, planten, vissen en insecten. Uniek in het onderzoek is dat dit in samenhang onderzocht is. In de natuur staat immers alles met elkaar in verbinding en dat begint al bij het kleinste bodemleven onder water. In het onderzoek staan vier kenmerkende vogelsoorten centraal, met elk hun eigen behoeften en gewoonten. Zenderinformatie laat zien welk gebied zij gebruiken, wat zij eten, waar zij broeden en hoe zij verbonden zijn met de andere gebieden in Nationaal Park Nieuw Land. Het rijk ontwikkeld bodemleven, de visrijke oeverzones maakt het gebied heel aantrekkelijk voor vogels. Het geheel draagt allemaal bij aan een grotere biodiversiteit.
Voedsel in overvloed
Het was al bekend dat Marker Wadden door het kale, door het water geïsoleerde landschap een belangrijke broedplek is voor pionierssoorten als visdief en kluut. Nu is bewezen dat het steeds voedselrijkere gebied ook waardevol is voor soorten als lepelaar, wintertaling en dus ook voor vogelsoorten waar ze model voor staan. Zo vinden kluten vlak bij hun nest eten voor hun kuikens op de slikvlaktes en eten in het najaar tienduizenden wintertalingen de zaden van moerasplanten. Jan van der Winden van Lowland Ecology Network is één van de onderzoekers: "Hoewel relatief klein van oppervlak, is Marker Wadden een bijzondere schakel in Nationaal Park Nieuw Land geworden”.
Zonder vissen geen visetende vogels
Joep de Leeuw van Wageningen Marine Research: “De waarde van Marker Wadden voor vissen - en daarmee ook voor vogels - is opvallend. Door de harde dijken aan alle kanten van het Markermeer zijn er weinig plekken waar vissen veilig en beschut kunnen opgroeien. De visstand is na de aanleg van de Houtribdijk erg afgenomen. We zien dat Marker Wadden een belangrijke kraamkamer is voor vis. Dat is te danken aan alle geleidelijke overgangen van land naar water en de aanwezigheid van planten en insecten. Vissen als baars, snoekbaars en blankvoorn groeien hier op dankzij de diversiteit van het gebied. Er is voor elke groeifase een goede plek te vinden. Al die vis is natuurlijk weer voedsel voor visetende vogels”.
Geef de natuur de ruimte
Het onderzoek biedt Natuurmonumenten belangrijke inzichten voor het toekomstige beheer van Marker Wadden en de ontwikkeling van het Nationaal Park. Tim Captein boswachter Marker Wadden bij Natuurmonumenten: “Het is geweldig om de ontwikkelingen op Marker Wadden te volgen en onderzoek is hierbij van groot belang. We snappen nu beter hoe vogels verschillende plekken in het Nationaal Park gebruiken en welke onderlinge relaties er zijn. Dat Marker Wadden belangrijk is voor pioniersoorten wordt in dit onderzoek weer bevestigd. Belangrijk leerpunt is dat variatie in leefgebied op Marker Wadden en andere gebieden in het Nationaal Park heel belangrijk is voor de onderzochte vogelsoorten. We gaan ons best doen om die variatie te houden”.
Het onderzoek
Het onderzoek is uitgevoerd in Nationaal Park Nieuw Land. Dit is het enige Nationaal Park van Nederland dat volledig op door mensen gewonnen grond ligt; op de bodem van de voormalige Zuiderzee. Het bestaat naast Marker Wadden uit Oostvaardersplassen, Lepelaarplassen, Trintelzand, Natuurboog en een flink deel van het Markermeer.
Het onderzoek is uitgevoerd door Ruurd Noordhuis (Deltares), Jan van der Winden en Camilla Dreef (Lowland Ecology Network), Joep de Leeuw (Wageningen Marine Research), Mennobart van Eerden en Marjolein Munsterman (Eemu Ecologisch Advies) en Liesbeth Bakker (NIOO-KNAW). De resultaten zijn vandaag gepubliceerd in ‘De Levende Natuur’. Het onderzoek werd mogelijk gemaakt door een subsidie van de provincie Flevoland. De bijdrage is mogelijk vanuit het interbestuurlijk Programma Vitaal platteland door het ministerie van LVVN.