Wandelroute Brunssummerheide (Geel)
Waar: Brunssummerheide
- Honden mogen alleen los op aangegeven locaties
Over de route
Ontdek tijdens deze wandeling voor jong en oud allemaal leuke natuurweetjes, beleef met de kinderen plezier aan enkele natuurspelen en speur naar enkele boombeesten.
Laat de kinderen speuren naar de routepaaltjes met een gele band.
Waar kun je starten
Wat kom je onderweg tegen?
1. Het 1e Boomdier
In en rond deze ontdekpoel kun je vaak allerlei beestjes vinden. In het voorjaar dikkopjes, die uitgroeien tot kikkers en soms zie je een hagedis. Aan je rechterhand zie je een houten boomdier. Herkennen jullie het dier? Is het een libel of een waterjuffer, want die lijken erg op elkaar ...
Het is een waterjuffer omdat zij in ruststand hun vleugels langs hun lijf houden terwijl een libel deze juist volledig gespreid houdt.
Wat een gemier...
Kijk ook eens wat verder bij de tweede boomstam. Daar is een grote hoop met dennennaalden en houtsnippers, waarmee een honderdduizenden bosmieren hun nest hebben gebouwd. Als je goed kijkt zie je ze bij goed weer met takjes en naalden slepen. Hoe langer je speurt, hoe meer mieren je ziet. De bosmier leeft van luizenmelk en insecten die hij meeneemt naar het nest. Deze mier steekt niet, maar bijt met zijn stevige kaken. Meestal verdedigt hij zich door mierenzuur te spuiten. Leg maar eens hand vlak boven een paar mieren. Misschien ruikt je hand dan al snel wat zuur. Wist je dat het grootste deel van de mierenhoop onder de grond zit. Soms lopen de gangen wel 2 meter schuin de grond in. In de winter kun je niet veel mieren zien, want dan hebben ze de ingangen dicht gemaakt en zitten ze zelf lekker warm onder de grond te wachten tot het weer warmer wordt.
Loop nu verder over het asfaltpad.
2. Het 2e Boomdier
Dit dier kennen we allemaal: de kikker. Maar het had ook een pad kunnen zijn! Want ook deze dieren lijken op elkaar. Een pad heeft meestal een wat ruwere huid. Als je een pad en kikker ziet voortbewegen, dan zie je meteen het verschil. Een kikker springt, terwijl een pad meer loopt dan springt. De kikker heeft lange achterpoten waarmee hij twintig keer zijn lichaamslengte kan springen. Hoe lang ben jij? En hoe ver zou je dan kunnen springen als jij een kikker was? Spring maar eens als een kikker het paadje af. Zet je benen ver uit elkaar, buig je billen naar beneden en maak 10x een kikkersprong! Wie springt het verste?
3. Bramen en netels
Netelige kwestie
Hier groeien veel bramen en brandnetels: dus zit er veel voedsel (stikstof) in de grond! Ze overwoekeren zoveel dat ze de andere planten helaas geen groeikans meer gunnen. Maar bramen en brandnetels zijn ook heel nuttig, want ze bieden door hun stekels en brandhaartjes een mooie schuilplek aan vogels, insecten en kleine zoogdieren. Aan het eind van de zomer groeien er bramen aan de struiken en dat is een lekkernij voor vogels, muizen en andere kleine dieren. Wij mensen vinden bramen ook lekker, maar pas op!: Pluk ze niet te laag want dan kunnen ze vervuild zijn met plas van een vos, waar lintwormen in kunnen zitten.
Vlinderparadijs
In brandnetels worden veel rupsen van vlinders geboren, want veel vlinders zoals de Atalanta leggen hun eitjes op het blad van de brandnetel. De netel is dan een zogenaamde waardplant van de vlinder. Wist je ook dat je van brandnetel heel sterk touw kunt maken? Daarvoor moet je vooral in het najaar brandnetel plukken. Pluk ze met handschoenen aan. Verwijder de blaadjes en sla de steel voorzichtig plat. Wanneer je nu het zachte merg verwijderd, houd je de buitenste nerven over. Laat die even drogen, rol ze in elkaar en je hebt een sterk puur-natuur-touwtje!
Praktische informatie
Honden mogen alleen los op aangegeven locaties
Restaurant Schrieversheide