Bloemrijke akkers op ’s-Gravelandse Buitenplaatsen
Waar de meeste mensen de Buitenplaatsen kennen van lommerrijke bossen en lange lanen, is de landbouw ook altijd onderdeel geweest van de buitenplaatsen. Geniet nu van de prachtig bloemrijke akkers in het Corversbos.
Voedsel voor de rijke families
Akkers zijn onderdeel van de Buitenplaatsen sinds de aanleg in de 17de eeuw. Het organische afval werd uit Amsterdam meegenomen naar de Buitenplaatsen om de arme zandgrond te verrijken. Zo konden er producten verbouwd worden voor de families in de landhuizen. Er werd bijvoorbeeld boekweit verbouwd, dat als bijproduct honing opleverde. Boekweit bloeit namelijk en de honing kon op de markt in Amsterdam verkocht worden.
Biodivers boeren
Tegenwoordig werkt Natuurmonumenten samen met een aantal boeren om de landbouwgronden op de Buitenplaatsen te beheren. Boswachter Robbert Wijnbelt: ‘Samen proberen we stappen te zetten naar meer biodiversiteit op deze gronden. Zo werken we met Henk en Evita den Hartog van boerderij Hartstocht. Zij hebben dit jaar de akkers in het Corversbos ingezaaid met verschillende granen. In combinatie met de schrale bodem, vanwege weinig bemesting, is er ruimte voor kruiden die er van nature op akkers voorkomen. Het is prachtig om te zien wat er nu op de akker staat, een schilderachtig gezicht. Maar ook nuttig voor typische akkervogels. Dit jaar zijn zelfs weer twee geelgorzen waargenomen in het broedseizoen, een akkervogel die hier minstens 10 jaar niet heeft gebroed en het moeilijk heeft in Nederland.’
Genieten van bloemen op de Buitenplaatsen
Ook de bloemenweide achter het bezoekerscentrum en Brambergen op Boekesteyn staan er ook weer prachtig bij. Hier is de kleine parelmoervlinder gezien, ook zo’n echte akkersoort waar de boswachter erg blij van wordt. 2013 was het laatste jaar dat deze soort regelmatig bij de akkers van het Corversbos gezien werd. ‘Het is mooi om te zien dat de natuurwaarden en biodiversiteit op de Buitenplaatsen ook vanaf de akkers en landbouwpercelen verhoogd kunnen worden. Daar werken we samen met de boeren op de Buitenplaatsen aan. Als we dan een zeldzame vlinder zoals de kleine parelmoervlinder zien, weet je dat we goed bezig zijn’ aldus boswachter Wijnbelt.