De lepelaars zijn waarschijnlijk al weg, he……..?
Waarschijnlijk is dit een van de meest gestelde vragen die wij krijgen in het winter halfjaar.
Het antwoord daarop is tweeledig…..
De meeste lepelaars vertrekken na het broedseizoen, zo rond half september, naar hun overwinteringsgebieden voor de kust van West-Afrika. De jonge, vliegvlugge vogels trekken met hun ouders mee. Maar…..jaarlijks blijven er altijd ongeveer 10-15 individuele vogels op Texel achter. Dit zijn altijd jonge vogels die op het moment van vertrek blijkbaar (nog) te zwak waren om aan te haken. Zij blijven hun eerste winter op Texel. Als de winter verloopt zoals dit jaar, met milde temperaturen en voldoende voedsel voorradig, dan redden zij het wel en sluiten vanaf eind februari weer bij hun soortgenoten aan. Zij komen immers weer terug uit hun overwinteringsgebied in West-Afrika voor een nieuw broedseizoen. Krijgen wij echter een strengere winter met sneeuw en ijs, dan zit het niet in het DNA van deze jonge vogels om, net als kieviten en goudplevieren, met de vorstgrens mee te trekken. Zo’n periode zullen zij dan ook niet overleven…..
Zelf lepelaars zien gedurende het winterhalfjaar? De meeste kans heeft u in de slootjes, polders aan de noord-oost-kant van Texel en in Polder Waalenburg. Ook kunt u meegaan met een van onze minibus-vogelexcursies die wij twee maal per week organiseren op dinsdag en zaterdag.
Kom na de speurtocht door de polder langs in Natuurcentrum De Marel voor een heerlijke warme chocolademelk en stukje appelgebak.
