Natuurherstel in de Loonse en Drunense Duinen
De natuur in de Loonse en Drunense Duinen staat onder druk. Leefgebieden van allerlei planten en dieren verslechteren, waardoor soorten dreigen te verdwijnen. Vanwege de beschermde Natura-2000 status van het natuurgebied kan Natuurmonumenten de komende jaren extra maatregelen uitvoeren om de natuur te versterken.
- Kaatsheuvel, parkeerplaats café de Roestelberg
Roestelbergseweg 2, 5171 RL Kaatsheuvel (NB) - Alle projecten
Waarom zijn herstelmaatregelen nodig?
Te veel stikstof, extreme droogte en woekerende exoten drukken hun stempel op het gebied, omdat ze de kwaliteit van de natuur ernstig aantasten. Onder de vlag van Programma Natuur en de subsidieregeling Natura 2000-gebieden willen Rijk en provincies kwetsbare natuurgebieden herstellen en versterken. De Provincie Noord-Brabant doet dit in de Loonse en Drunense Duinen samen met Natuurmonumenten. Dat is nodig omdat steeds meer planten en dieren verdwijnen.
Wij zetten in de Loonse en Drunense Duinen in op:
- een gezondere bodem van bos en heide;
- een goede verbinding van heidevelden;
- een gevarieerder en vitaler bos.
Alleen zo kan een veel gezonder en robuuster leefgebied ontstaan. Een natuur waarin planten en dieren een grotere kans hebben om te overleven, zich uit te breiden of terug te keren.
Wat maakt de Loonse en Drunense Duinen zo bijzonder?
Stuifzandlandschappen zijn in Europa een zeldzaamheid geworden. De planten en dieren die afhankelijk zijn van zo een dynamisch gebied zijn daardoor op steeds kleinere oppervlakten teruggedrongen en dus ook zeldzaam geworden. In de duinen zijn dat bijvoorbeeld dieren zoals de nachtzwaluw, levendbarende hagedis, allerlei zandbijen, blauwvleugelsprinkhaan en heivlinder. Maar ook de oude zomereiken en bijzondere korstmossen hebben het zwaar.
Wat zijn de grootste bedreigingen?
-
Te veel neerslag van stikstof verzuurt en vermest de bodem. Hierdoor groeien heidevelden versneld dicht met bos. Planten en dieren die leven op de heide krijgen daardoor steeds minder leefgebied.
- Ongewenste invasieve exoten zoals Amerikaanse eik, Amerikaanse vogelkers en Japanse duizendknoop bedreigen de omvorming tot een gevarieerd en gezond bos. Ze groeien en vermeerderen zich sneller dan inheemse soorten, waardoor die worden verdrongen.
- Droogte als gevolg van de klimaatverandering en door wateronttrekkingen in de omgeving hebben een negatieve invloed op de natuur in het gebied.
Welke maatregelen gaat Natuurmonumenten uitvoeren?
De komende jaren werken wij aan:
- Bestrijden van exoten, voornamelijk de Amerikaanse eik
- Het herstellen en verbinden van heideveldjes
- Bodemonderzoek- en verbetering
- Vitaler bos
Bestrijden van Amerikaanse eik
Al jaren werkt Natuurmonumenten aan de geleidelijke omvorming van de bossen die in het verleden zijn aangeplant met naaldbomen, maar ook met exoten als de Amerikaanse eik, Amerikaanse vogelkers en tamme kastanje. Het doel is een veel gevarieerder bos met meer inlandse loofbomen, meer ondergroei van struiken, bosplanten en (korst)mossen en een groter aanbod van dood hout. Hierdoor wordt het leefgebied van veel planten en dieren verbeterd en uitgebreid. De ontwikkeling naar meer variatie wordt echter gedwarsboomd door de onbeheerste groei van voornamelijk de Amerikaanse eik. Ze groeien en vermeerderen zich zo snel dat ze soorten die hier van oorsprong voorkomen verdringen. Dit probleem doet zich op grote schaal voor in de bossen van Westloon ten noorden en zuiden van het Hooispoor. Natuurmonumenten gaat hier daarom de strijd aan met de Amerikaanse eik door deze te:
- Kappen en jonge boompjes te trekken.
- Ringen.
- Om te duwen.
- Enkele jaren schapen in te zetten om verjonging te begrazen.
Planning
De aannemer start vanaf 15 juli en zal ongeveer 3 maanden nodig hebben om de werkzaamheden af te ronden.
Nieuwsbrief
Download hier de uitgebreide Nieuwsbrief over de bestrijding van de Amerikaanse eik in Westloon.
Veelgestelde vragen
De meest gestelde vragen over dit natuurherstelproject hebben we gebundeld en lees je hier.
Het herstellen en verbinden van heideveldjes
Tussen de heidevelden van de Roestelberg en het hoevenlandschap Pessaert liggen heidevelden die grotendeels zijn dichtgegroeid. Voor dieren van de heide zoals de levendbarende hagedis, blauwvleugelsprinkhaan en heivlinder vormen ze een onneembare barrière richting de voedselrijke akkers (nectar en insecten) van de Pessaert. De heides die er nog liggen zijn klein en van elkaar geïsoleerd. Voor heidesoorten vormen ze geen geschikt leefgebied meer. Voor een stabiele populatie met dus meer overlevingskansen is een robuuster leefgebied nodig. Natuurmonumenten gaat nu een impuls geven aan de kwaliteit en de omvang van dit leefgebied. Dichtgegroeide heideveldjes worden weer opengemaakt en met elkaar verbonden. De vergrassing wordt aangepakt, zodat de vochtige en droge heide zich hier kan herstellen. Zo ontstaat een open heideverbinding met de Pessaert. Tijdens lange periodes van droogte, als er op de stuifzandheide voedselschaarste ontstaat, biedt deze uitbreiding van leefgebied de dieren grotere overlevingskansen.
Nieuwsbericht
lees hier een uitgebreider bericht over de aanleg van de heidecorridor.
Onderzoeken en herstellen van de bodemgezondheid
Natuurmonumenten gaat meer onderzoek doen naar de bodemgezondheid van de bosgebieden, want een gezonde bodem is de basis voor een gezond bos. Naast een bodemchemisch onderzoek van de bodem worden ook de bladeren van eiken onderzocht met een bladmoesanalyse. De verwachting is namelijk dat een tekort van mineralen in de bodem ook leidt tot een tekort in de eikenbladeren. Dieren zoals rupsen en insecten die van de bladeren eten, krijgen daardoor ook niet meer voldoende voedingsstoffen binnen, met alle gevolgen van dien. Een ongezonde bodem brengt dus via de voedselketen veel diersoorten in gevaar.
Een soortgelijk onderzoek is al eerder op de heides uitgevoerd. Met de aanbevelingen uit dat onderzoek gaan we de komende jaren aan de slag om de gezondheid van de heide te verbeteren. Dit doen wij door op bepaalde delen niets te doen en op andere delen wel verschillende maatregelen uit te voeren. Dat kan door mineralen aan de bodem toe te voegen in de vorm van steenmeel. Op sommige plekken kan dit dan weer gecombineerd worden met het wegschrapen van de bovenste strooisellaag, die vaak rijk is aan stikstof.
Vitaler bos
In het bosgebied van Westloon worden eerst de uitheemse boomsoorten verwijderd zoals al eerder beschreven. Op basis van de bodemonderzoeken worden dan maatregelen genomen die het bos nog vitaler maken. Afhankelijk van de resultaten uit het onderzoek kunnen mineralen in de vorm van steenmeel worden toegevoegd. Er worden ook bomen en heesters aangeplant die passen bij de bodem en het ontwikkelstadium waarin het bos zich bevind. Dat zijn bijvoorbeeld bomen zoals eik, berk, beuk, boswilg en zoete kers. Voor meer ondergroei kunnen dat struiken zijn als vuilboom, hazelaar en lijsterbes. Plekken in het bos, waarvan de strooisellaag op de bodem wat verrijkt mag worden, hebben baat bij soorten als winterlinde, haagbeuk en Europese vogelkers.
Bezoekersinformatie
Bereikbaarheid
- Kaatsheuvel, parkeerplaats café de Roestelberg
- Roestelbergseweg 2, 5171 RL Kaatsheuvel (NB)
- Rechtstreeks