Regen en wind (Blog 6)
Net als aan de wal is de eerste helft van juni nat, koud en winderig, wat voor jonge vogels (en hun ouders) niet gunstig is.
Nat nat
De oudervogels moeten nu veel tijd spenderen aan het warmhouden en bewaken van jongen en kunnen minder voer aanbrengen. In de nattigheid en kou is voer (zoals insecten) ook nog moeilijker te vinden. Op een gegeven moment hebben jongen nog geen gesloten verendek en zijn te groot om onder een ouder te schuilen. Dan speelt afkoeling door nat dons een grote rol. Daarom vinden de vogelwachters vrij grote dode jonge visdieven en eiders. Eiderdons heeft wel sterke weerhaakjes waardoor het beter isoleert. Eiderkuikens kunnen beter tegen vocht. Zij worden altijd snel na het uitkomen meegenomen naar het water waar ze in crèches rondzwemmen onder bewaking van meerdere volwassen eiders.
Het weer nodigt, net als in de eerste week van mei, meer dan anders roofmeeuwen uit om in de kokmeeuw-kolonies op zoek te gaan naar voer. Er sneuvelen veel jonge kokmeeuwen (en ook tientallen volwassen exemplaren).
Wel is het de tureluur die vlakbij het huis gebroed heeft, gelukt om een jong groot te brengen.
Steltlopers
Nog steeds verblijft een groot aantal kanoeten op en rond Griend. Zij moeten nog honderden kilometers vliegen naar het broedgebied. Met de harde wind zitten ze tijdens hoog water regelmatig in de kwelder in plaats van op het strand. Ook voor rosse grutto's geldt dit. Twee weken geleden leken ze al klaar om te vertrekken, hoog vliegend in losse groepen, maar voor honderden van hen lijkt de juiste tijd nog niet gekomen.
De Otter
Er komen steeds nieuwe aanwijzingen dat de otter nog steeds op Griend is. Hij of zij heeft zich niet meer laten zien, na de 'fotoshoot' van de aankomst op 29 april. Maar er worden wekelijks dode vogels gevonden waarvan de kop mist: tot nu toe een scholekster, een kleine mantelmeeuw, een eider-vrouw, een meerkoet en een eider-jong. De otter lijkt alleen de kop van de vogels te eten (en de eieren).
En op 5 juni ligt een bot van ongeveer 25 centimeter op het eiland, aan de noordkant waar die niet met hoogwater aangespoeld kan zijn.
Bijenorchis
Op de noorddijk, die in 2016 is afgeplagd, bloeit een Bijenorchis! Dit is de eerste vondst van een orchidee op Griend.
De Bijenorchis is zeldzaam in Nederland, en pas sinds de 80'er jaren vanuit Zuid-Nederland naar het noorden verspreid, waar ze ook voorkomt op de grote Waddeneilanden zoals Vlieland en Terschelling. Orchideeënzaden zijn zeer licht, zonder reservevoedsel. Dat is handig voor verspreiding door de wind, maar vereist wel een landingsplek waar voedsel beschikbaar moet zijn om te kiemen. Dat gebeurt in samenwerking met schimmels! Blijkbaar is de noorddijk acht jaar na het afplaggen rijp geworden voor de vestiging.
De prachtig donkergekleurde onderlip lijkt op een bij, maar is voor de Bijenorchis niet nodig om bijen te lokken om stuifmeel op af te zetten. De bloemen zijn namelijk tweeslachtig en kunnen zichzelf bestuiven.
Tekst: Jan Faber