Ga direct naar inhoud
Nieuws

Drukke tijden voor vogels en vogelwachters (Blog 3)

23 mei 2024 | Cynthia Borras

Het is medio mei en het broedseizoen is in volle gang. Soorten waar Griend bekend om is, de meeuwen en de sterns, hebben vrijwel allemaal eieren. Ganzen en eenden zien we rondzwemmen met kleine of middelgrote jongen. De vogelwachters hebben het drukker dan ooit met hun onderzoek.

Vogeltelling op Griend

Tellen, tellen, tellen……

Soms lijkt het erop dat de vogelwachters maar één taak hebben, namelijk het tellen van de vogels. In de maand mei is dat zeker het geval. Dan moet het aantal broedparen van de verschillende soorten worden vastgesteld. Afhankelijk van de soort worden verschillende methoden gebruikt, elk met hun voor- en nadelen. De meest nauwkeurige methode is het tellen van nesten met eieren. Maar dat veroorzaakt veel verstoring, vooral bij soorten die in grote kolonies broeden. Deze methode wordt daarom alleen gebruikt voor de lepelaars, die geïsoleerd van de andere soorten in een kleine kolonie in de kwelder broeden. Op 9 mei tellen we hier 44 nesten met eieren. 

De legsels van soorten die verspreid over het hele eiland broeden, zoals zilvermeeuwen, kleine mantelmeeuwen en scholeksters worden geteld in zogenaamde ‘proefvlakken’. Dit zijn gebieden van 1 ha groot die dienen als basis voor een berekening van de totale eilandpopulatie. Het is een minder betrouwbare methode, maar voorkomt dat het hele eiland doorkruist moet worden op zoek naar nesten. Een speciale situatie vormen de duizenden kokmeeuwen, die in grote kolonies broeden. Hiervoor hebben we een methode die uiterst nauwkeurig is en die geen verstoring geeft: het maken van foto’s met een drone. Vervolgens kunnen we op het computerscherm alle broedende vogels tellen. Zelfs staande vogels zijn in de meeste gevallen van zittende individuen te onderscheiden. Tenslotte zijn er nog de visdieven, die zo dicht bij het vogelwachtershuis zitten dat ze met gemak vanaf het balkon geteld kunnen worden.

Zilvermeeuw en kokmeeuw

De kokmeeuwen worden voortdurend belaagd door zilvermeeuwen die het op hun eieren gemunt hebben. Ondanks het feit dat de kokmeeuwen soms fel aanvallen, lukt het de zilvermeeuwen steeds weer om een ei te bemachtigen

Veranderingen in de vogelstand

Het jaarlijks tellen van het aantal broedparen heeft tot doel eventuele veranderingen vast te stellen, om vervolgens onderzoek te kunnen doen naar de oorzaken. Waarom gaat de ene soort vooruit en de andere achteruit? Is er sprake van predatie, het wegspoelen van eieren tijdens hoge vloedstanden, voedselgebrek, ziekten? Ook hieraan besteden de vogelwachters aandacht. Voor enkele soorten komt er een duidelijk beeld naar voren. Zo lijden de kokmeeuwen enorm onder zilvermeeuwen die eieren en jongen roven. Het aantal kokmeeuwen neemt dan ook jaarlijks af. Ook grote sterns hebben de afgelopen jaren onder de rovende zilvermeeuwen geleden. In 2022 werden de grote sterns bovendien geteisterd door de vogelgriep. Vervolgens zijn ze niet meer op Griend tot broeden gekomen. Ook dit jaar rekenen we daar niet meer op. En dan zijn er soorten waarbij we voorlopig nog niet begrijpen waarom ze in aantal toe- of afnemen. Waarom nemen de zilvermeeuwen en kleine mantelmeeuwen op Griend jaarlijks toe, terwijl deze soorten landelijk achteruitgaan? En hoe zit het met de scholeksters die al jaren achtereen geen jongen grootbrengen? Voorlopig zien we nog geen grote veranderingen in het aantal broedparen. Komt dat omdat scholeksters erg oud kunnen worden, tot wel meer dan 30 jaar? 

Wulpen en rosse grutto's

Een gemengde groep wulpen en rosse grutto’s tijdens de HVP-telling. Een deel van de rosse grutto’s (let op de rechte snavels) heeft het kenmerkende bruin-rode zomerkleed, terwijl andere individuen nog het wit-grijze winterkleed dragen

 HVP-telling

Deze mooie term staat voor Hoogwater-Vlucht-Plaats telling en heeft betrekking op een telling van alle trekvogels die op het wad hun voedsel zoeken en tijdens vloed op hogere delen samendrommen om uit te rusten. Op 11 mei werd deze maandelijkse telling ook op Griend weer uitgevoerd. Het resultaat was dit keer indrukwekkend, met als meest talrijke soorten: 1844 scholeksters, 15.000 rosse grutto’s, 13.000 bonte strandlopers, 10.000 kanoeten, 8000 drieteenstrandlopers en 1300 zilverplevieren.

 

Tekst: Jan Veen

Cynthia Borras
Cynthia Borras