Ga direct naar inhoud

Flamingo

Roze en tropisch in de polder. Flamingo’s, gewoon in ons kikkerlandje. Ze lijken weggelopen uit het paradijs en toch zijn het normale bezoekers van onze wateren, al vijftig jaar lang. Lees hier alles over de flamingo: kenmerken, verspreiding, leefwijze en bescherming.

Groep flamingo's met verschillende soorten In Nationaal Park Oosterschelde

Hoe herken je de flamingo?

Je zou denken: dat is een makkie, een flamingo herkennen. Maar als je weet dat er wel vier soorten voorkomen in ons land wordt het ineens iets ingewikkelder. Chileense flamingo’s, Caribische flamingo’s en kleine flamingo’s staan door elkaar in grote roze groepen. En steeds vaker ook de grote flamingo. Dat is de enige wilde flamingo in Europa. De andere soorten zijn ooit ontsnapt uit dierentuinen of vogelverzamelingen.

Verschillende soorten flamingo's

Dé flamingo bestaat niet. Er leven in Nederland verschillende soorten. De meeste zijn waarschijnlijk ontsnapte soorten. Alleen de Europese flamingo komt hier van nature voor.

Grote flamingo

De grote flamingo (Phoenicopterus roseus) wordt ook wel de Europese of gewone flamingo genoemd. Het is de grootste van alle flamingo’s, hij kan tot anderhalve meter lang worden. Hij broedt in kolonies van zo’n 200.000 broedparen, vooral in Zuid-Europa en Kazachstan. Een van de bekendste kolonies is in De Camargue, een moerasgebied in Zuid-Frankrijk.

Te herkennen aan:

  • Lichtroze tot bijna witte veren
  • Roze poten
  • Roze snavel met zwart puntje
Groep grote flamingo's in het water

Grote flamingo

Chileense flamingo

De Chileense flamingo (Phoenicopterus chilensis) komt van oorsprong uit Zuid-Amerika. De oorspronkelijke leefgebieden staan ernstig onder druk. In Nederland komt hij voor als verwilderde soort.

Te herkennen aan:

  • Roze verenkleed
  • Gele of lichtgrijze poten met roze knieën en tenen
  • Lichtroze snavel, met zwart vanaf de knik
Chinese flamingo's waden door laag water

Chileense flamingo

Kleine flamingo

De kleine flamingo (Phoeniconaias minor) is de kleinste van alle flamingo’s. Sommige kolonies bestaan uit 1 miljoen broedparen. Hij komt oorspronkelijk uit Oost-Afrika, de Perzische Golf en Noordwest-India. In Nederland leeft hij als verwilderde soort. De kleine flamingo is het minst opvallend gekleurd van alle flamingo’s.

Te herkennen aan:

  • Roze verenkleed
  • Rozerode poten
  • Paarsrode snavel met zwarte punt

Rode flamingo

De rode of Caribische flamingo (Phoenicopterus ruber) komt oorspronkelijk voor in het Caraïbisch gebied, de Galapagoseilanden en Zuid-Amerika, en tegenwoordig als verwilderde soort in Nederland.

Te herkennen aan:

  • Oranjeroze verenkleed
  • Roze poten
  • Roze snavel met zwarte punt (meer zwart dan bij de grote flamingo)

Hoe leeft de flamingo?

Alle flamingo’s zijn grote, roze vogels met een nek als een slang, poten als stelten en een joekel van een kromme snavel. Die lange poten en nek zijn handig bij het zoeken naar voedsel in het water. Al lopend steekt hij zijn nek in het water. Daarbij draait hij zijn snavel ondersteboven zodat het water in het kromme stuk blijft staan. Die snavel zit heel slim in elkaar, als een zeef. Aan de binnenkant zitten allemaal plaatjes waar water en modder doorheen kunnen.

Eten met een kromme snavel

Hun sterke tong is bij het eten heel belangrijk. Die werkt als een soort zuiger. Als de tong naar achteren gaat, worden water, modder en voedsel de snavel ingezogen. Steekt de tong weer naar voren, dan spuiten water en modder met een flinke golf naar buiten. Lekkere hapjes blijven achter, klaar om met de stekelige tong van de plaatjes geschraapt te worden. Dit gaat allemaal best snel, die tong beweegt wel vier keer per seconde door de snavel.

Flamingo zoekt eten in het water met zijn kromme snavel

Met zijn kromme snavel vist de flamingo kreeftjes, insecten en algen uit het water.

Broeden in grote groepen

Baltsen doen ze niet met z’n tweeën, maar in een hele groep. Vaak met veel vogels tegelijk, mannetjes én vrouwtjes samen. Spectaculair om te zien, al die roze vogels die precies dezelfde bewegingen maken.

Ze broeden niet bij ons, maar sinds 1983 wel heel dichtbij. Net over de Duitse grens bij Groenlo, in het Zwillbrocker Venn. Daar broeden vooral Chileense, maar ook grote en kleine flamingo’s. Zodra ze klaar zijn met broeden komen ze naar Nederland. In de zomer zitten ze vaak rond het IJsselmeer en het Lauwersmeer. In de winter vooral in het Deltagebied in Zeeland.

Kuikens drinken melk

Jonge flamingo’s leven samen in een crèche. Dit zijn grote groepen van vele jongen bij elkaar. Handig, want dan kunnen de ouders naar voedsel zoeken. In het begin krijgt het flamingokuiken kropmelk van de vader en de moeder. Dat is een soort melk uit de krop, in de hals van de flamingo. Duiven en pinguïns kennen dit ook.

Hoe beschermen we de flamingo?

Boswachter Elsa Pater van Natuurmonumenten werkt op Marker Wadden, waar elke vogelliefhebber zijn hart op kan halen. 

“Het hele jaar door is Marker Wadden een vogelparadijs. ‘s Zomers zie je er broedende visdiefjes, foeragerende lepelaars en overal baardmannetjes in het riet. Tijdens de vogeltrek en in de winter zijn het andere soorten die de eilanden domineren, zoals bijvoorbeeld duizenden wintertalingen en honderden pijlstaarten op het water.

Met de aanleg van Marker Wadden heeft Natuurmonumenten samen met Rijkswaterstaat en Boskalis een prachtig natuurgebied gecreëerd. Het is uitermate geschikt voor tal van water-, riet- en moerasvogels. Ook de flamingo zwerft regelmatig rond op Marker Wadden. Een ietwat vreemde, haast exotische gewaarwording in ons Nederlandse landschap. Wij zagen bijvoorbeeld Chilenen uit de kolonie van het Zwillbrocker Venn. En wist je dat ook flamingo’s die zijn geboren in Spanje soms naar Nederland afreizen? Voldoende water en voedsel voorhanden hier!”

Kijktip van de boswachter

Van september tot april zie je groepen flamingo’s in het Grevelingenmeer. Maar ook in het Lauwersmeer en op Marker Wadden heb je goede kans er eentje in de kijker te krijgen.

Met de veerboot naar Marker Wadden

Veelgestelde vragen over flamingo's