Nationale Landschap Enquête
Het verdwijnen van bloemen, insecten en vogels in het buitengebied baart veel Nederlanders zorgen. Dat blijkt uit de Nationale Landschap Enquête van Natuurmonumenten, de grootste publieksraadpleging over ons landschap ooit. 81% van de deelnemers maakt zich zorgen om het landschap. Ruim 45.000 mensen vulden eind vorig jaar de enquête in. Op deze pagina lees je de uitkomsten van de Nationale Landschap Enquête.
Wat vroegen we in de enquête?
Nederland is een klein en druk land. En dat wordt de komende jaren nog drukker. Ons landschap raakt voller met wegen en woningen, bedrijfshallen en megastallen. Voor natuur is steeds minder ruimte. Zelfs onze beschermde natuurgebieden zijn niet meer veilig. Het zijn gewilde locaties voor windmolens en zonneparken. Onze boswachters maken zich zorgen. Hoe houden we Nederland samen mooi en levend? Om daar antwoord op te krijgen organiseerde Natuurmonumenten eind 2018 de Nationale Landschap Enquête. De enquête is opgesteld en verwerkt door Wageningen Environmental Research.
Welk cijfer geven we ons landschap?
We vroegen deelnemers wat ze vinden van het landelijk gebied in hun woonomgeving. Er blijken grote regionale verschillen. Drenthe krijgt een gemiddeld rapportcijfer van 8,1 en Zuid-Holland krijgt een 6,7. Vooral de westelijke Randstad scoort aanzienlijk lager met een 6,5 of minder. Rond de drie grootste steden is dit zelfs soms onder de 6. Gemiddeld over Nederland krijgt het landelijk gebied een 7,5. Mensen waarderen hun woonomgeving hoger als ze meer dieren en bomen, houtwallen en bloemen zien.
We maken ons zorgen over de natuur om ons heen
81% maakt zich zorgen over de ontwikkelingen in landelijk gebied in hun woonomgeving. Veel mensen vinden het beschermen van ruimte voor de natuur belangrijk. Bij 72% van de deelnemers staat dit in hun top 3 van te beschermen kenmerken in het landelijk gebied. Ook de schoonheid van het landschap willen we graag beschermen (62%).
We zien minder bloemen en insecten
63% maakt zich zorgen over het verdwijnen van bloemen, insecten en vogels in het landelijk gebied. Meer dan de helft ziet de afgelopen jaren steeds minder bloemen in zijn eigen woonomgeving. Daarom zet Natuurmonumenten zich de komende tijd extra in voor meer wilde bloemen. Die geven het landschap weer kleur en vormen de basis van sterke natuur. Zonder bloemen geen insecten, zonder insecten geen vogels. Iedereen kan helpen Nederland bloemrijker te maken.
We willen geen windmolens en zonnepanelen in natuurgebieden
De deelnemers vinden dat er ruimte moet zijn voor het opwekken van duurzame energie. Maar dan wel op logische plekken, zoals daken van woningen en bedrijven voor zonnepanelen. En windmolens bij snelwegen, havens en bedrijventerreinen. Natuurgebieden en kleinschalige landschappen zijn ongeschikte locaties volgens de meesten.
Wie is verantwoordelijk voor het Nederlandse landschap?
92% vindt dat de overheid als eerste verantwoordelijk is voor bescherming van natuur en landschap. De komst van een miljoen woningen, nieuwe wegen, grootschalige landbouw en windmolen- en zonneparken zetten het landschap onder druk. Natuurmonumenten roept namens alle deelnemers de bestuurders op om natuur meer ruimte te geven aan natuur in ons landschap. Zodat ons landschap ook in de toekomst beschermd blijft en mooier wordt.
De rol van Natuurmonumenten
65 -79% vindt dat Natuurmonumenten zich ook moet inspannen voor natuur buiten haar natuurgebieden. Dat sluit mooi aan bij onze aanpak. De natuur in Nederland is versnipperd, waardoor de biodiversiteit flink onder druk staat. Met alleen het beschermen van onze natuurgebieden kunnen we de Nederlandse natuur niet redden. Daarom werken we samen met onder andere boeren, provincies, gemeenten en waterschappen zodat ook in hún gebieden ruimte is voor natuur en aantrekkelijk landschap.
De samenwerking met Campina is daar een mooi voorbeeld van. Samen met boeren brengen we bloemrijke bermen en bloeiende weilanden terug in het landschap. Goed voor de boeren die daarvoor extra beloond worden en goed voor de insecten, bloemen en vogels die meer ruimte krijgen.